15-08

Een decennium sinds het debuut van Valdés

Op 14 augustus 2002 ving Camp Nou voor het eerst een glimp op van Víctor Valdés; tien jaar later is Valdés de nummer één van het team, met een schare aan trofeeën en medailles.

In 2002, was de toen twintigjarige keeper één van de nieuwe gezichten in het team van Louis van Gaal die het op zouden nemen tegen Legia Warsaw in een Champions League kwalificatiewedstrijd (3-0 gewonnen door Barça). Valdés was de nummer één keeper voor het 2002/03 seizoen, hoewel hij die plek moest delen met Roberto Bonano, en tot de campagne onder Frank Rijkaard wist hij die positie ook niet te claimen.

In 2005 won Valdés zijn eerste kampioenstitel en kreeg toen ook de eerste van zijn recordaantal van vijf Zamora Trofeeën (een record dat hij deelt met Antoni Ramallets) uitgereikt als de beste keeper van de competitie. Het seizoen erop speelde hij een sleutelrol tijdens de Champions League campagne, wat het hoogtepunt bereikte in de overwinning op Arsenal in Parijs.

Víctor Valdés is een imposante keeper, heel beweeglijk met uitstekende reflexen, consistent en met een sterke persoonlijkheid. Onder Guardiola verbeterde hij zijn voetbalkwaliteiten (met name het passen), en werd hij het beginpunt van veel aanvallen van het team.

Niet lang geleden werd Valdés de keeper met het hoogste aantal gespeelde wedstrijden voor de Club (457) en de vierde aller tijde in de clubhistorie, namelijk achter Xavi, Puyol en Migueli. Hij heeft, onder andere, drie keer de Champions League gewonnen, vijf keer de Spaanse competitie, twee Wereldbekers voor Clubs en twee Spaanse Cups. Valdés was eveneens onderdeel van de succesvolle Spaanse selecties voor het WK van 2010 en het EK van 2012.